Home | Wegwijzer | Verhalen | Geert Jan Leuning

m.s. Nedlloyd Rouen, 1991 - '92

Nedlloyd Rouen te Lyttleton

We gaan weer,
Het was weer een heel eind vliegen na mijn verlof. Singapore ligt tenslotte niet naast de deur. Samen met de nieuwe hofmeester vlogen we daar naar toe en op 4 oktober 1991 monsterden we aan op de Nedlloyd Rouen en die lag in dok. Persoonlijk heb ik er een bloedhekel aan om tijdens de dokbeurt aan boord van een schip geplaatst te worden. Je weet dan niet wat er moet gebeuren, je bent niet bij de besprekingen geweest, je weet eigenlijk helemaal niets. Ik had de Rouen nooit eerder gehad, maar had wel op de Rosario gevaren en zo te zien waren er niet veel verschillen. Dus na me aan iedereen voorgesteld te hebben en een hut had gekregen, mijn voorganger bleef tot na de docking en bleef dus ook in de 2e wtk hut zitten, trok ik maar een ketelpak aan en ging wat rondneuzen, maar al gauw ben je dan ook al weer aan het werk, samen met mijn voorganger. En we waren druk bezig, want er moest even iets afgemaakt worden, dus we gingen even door tot half acht 's avonds. En toen wilden we eigenlijk wel wat eten, maar toen we in de kombuis kwamen zagen we net het laatste eten in de kerrie emmer verdwijnen. De nieuwe hofmeester wist niet dat er nog na-eters zouden komen en had alles opgeruimd. Dat vond hij heel vervelend en hij zei dan ook: Gaan jullie nu even aan de bar zitten, dan maak ik nog wel wat eten voor jullie klaar. Dus we namen een biertje en wat later kwam de hofmeester met eten voor ons aanzetten en we begonnen te eten aan de bar. We waren nog maar net bezig en daar kwam de kapitein al aan en begon te muiten dat we niet in ketelpak mochten eten en zeker niet aan de bar zoals was afgesproken. De manier waarop hij dit zei deed mijn nekharen al overeind komen. Wat een A.K. (arrogante kl......), dus ik zei hem gelijk: Ik ben net aan boord en weet niets over een afspraak en mijn collega begon ook gelijk te blazen en vertelde de kapitein dat hij de nieuwe hofmeester had moeten inlichten dat nog niet iedereen de kans had gehad om te eten, we werken niet allemaal van acht tot vijf! Ik kon wel merken dat mijn collega een bloedhekel aan die kapitein had. De kapitein droop af en wij gingen gewoon door met eten, aan de bar en in ketelpak. Die nacht heb ik niet zo best geslapen want ik lag te verrekken van de kou in mijn hut. Dat had een reden, maar dat vertel ik later nog wel. De volgende dag dus weer druk aan het werk. Er werd ook nogal wat werk in de werkplaatsen gedaan en daar gingen de hwtk en mijn collega af en toe even kijken. Ze hadden wel praatpalen bij zich, maar die zetten ze dan maar uit, dus dan waren ze niet te bereiken. Maar ik liep in de machinekamer en als de dok mensen iets niet precies wisten kwamen ze bij mij. En dan gaf ik ze maar de opdracht zoals het mij het beste uit kwam. Maar dan begonnen de hwtk en mijn collega later te muiten want ze hadden toch afgesproken dat ze het zo en zo zouden doen. Dat begon me ook te vervelen en ik heb ze gezegd dat ik in het vervolg de opdracht zou geven dat de dok medewerkers maar alles uit hun handen moesten laten vallen tot beide heren terug waren. Dat was dus niet de bedoeling, zeiden die twee. Dan moesten ze hun walkie-talkies maar aan laten staan of aan boord blijven. Dat wilden ze eigenlijk ook niet, dus we zijn maar door gegaan op de ingeslagen weg en kreeg ik later geen gezeik meer over afspraken, waar ik niet bij geweest was.

Tijdens zo'n docking wil er ook nog wel eens wat mis gaan. Zo was er aan BB een droge tank waar de zee koelwater leidingen voor de airconditioning door liepen. Dat bleek dus een natte tank te zijn geworden omdat de leidingen in die tank een beetje waren begonnen te lekken. Mijn had bij de dokfirma kennelijk ook een heel peloton ongeschoolde werknemers en die werden die tank ingestuurd. De pakkingen moesten vernieuwd worden. De bouten bij de flenzen waren nu niet bepaald gangbaar meer. Nu kan je de boel los snijden met een snijbrander, maar daar heb je een beetje geschoold personeel voor nodig. Een slijptol zou ook een idee zijn maar het ongeschoolde personeel moest ook wat werk hebben dus die werden de tank ingestuurd met hamers en botte beitels en die konden hun gang gaan. Voor zover ik me kan herinneren waren het CuNiFer leidingen en die werden er eigenlijk ook niet beter van dus daar moest later nog extra aan gerepareerd worden. We zouden ook een nieuwe dome krijgen voor satelliet navigatie of satelliet communicatie, ik weet niet wie van de twee, en die moest op zijn plaats gezet worden met de kraan van de werf. Maar ze lieten de haak van de kraan wat te hard op de dome terecht komen en dat kwam die dome niet ten goede. Niet meer te gebruiken dus toen kregen we de dome van de Rosario en die moest dan nog maar even op hun eigen dome wachten. Er liep ook een vogel van de scheepvaart inspectie rond. Die moest wat in de CO2 kamer controleren. Maar hij verzekerde me dat hij een man van de praktijk was en dat ik hem rustig alleen kon laten werken. Nou, dan ga je er maar van uit dat die weet wat hij doet, nietwaar? We waren in de machinekamer aan het werk toen opeens het CO2 alarm begon te loeien en de CO2 toeters begonnen te blazen. Dus brullen: Iedereen de machinekamer uit, NU! in het Engels en Nederlands. Gelukkig begonnen er al een paar te rennen en dan beginnen de anderen, die het misschien nog niet door hadden, vanzelf ook te rennen. Ik ben gelijk doorgerend naar de CO2 kamer en heb die vent van de scheepvaart inspectie even toegesproken. Toegesproken? Toegeschreeuwd met de nodige kracht termen. Ik mag wel zeggen dat ik een beetje woest was. Hij stond er wat beteuterd bij. Toen ik uitgeraasd was vertelde hij dat het een ongelukje was. Hij was het systeem aan het druktesten en had er een fles stikstof op aangesloten, maar toen was de klep naar de machinekamer open geklapt (die had kennelijk niet goed dicht gezeten) waardoor het alarm was geactiveerd en de CO2 toeters begonnen te blazen, maar dat was geen CO2 maar stikstof en dat was niet gevaarlijk. Nee, misschien niet gevaarlijk, maar je krijgt er wel een hartvergroting van. Maar misschien was het goed dat die klep open schoot. Nu konden we hem gecontroleerd goed dichtzetten zoals het hoort, want in bovenstaande geval was CO2 de machinekamer ingestroomd als in het ruim echt geblust had moeten worden. Elk nadeel hep se voordeel.

De dokbeurt is weer voorbij en we gaan weer laden. En we krijgen nieuwe mensen aan boord. Een nieuwe kapitein, eerste stuurman, tweede stuurman, hwtk en derde wtk en mijn voorganger ging ook naar huis en kon ik de 2e wtk hut betrekken. En ik begon ook wat dingen te begrijpen. In mijn tijdelijke hut had ik het behoorlijk koud, maar in de 2e wtk hut was het warm. Dus maar op onderzoek uit. In de 2e wtk hut zaten een heleboel lappen in de airconditioning inlaat in de hut. De Indonesiërs kennende zouden die ook wel zoiets gedaan hebben en misschien wel meer mensen. Ik wist dat mijn voorganger een bloedhekel aan de vorige kapitein had en ik kreeg vaag het vermoeden dat het de bedoeling van mijn voorganger was geweest om het zo onaangenaam mogelijk te maken voor de kapitein. Dat kan ik natuurlijk nooit bewijzen, maar het zou met niets verwonderen. Het officieren korps bestond dus uit een kapitein eerste en tweede stuurman, hwtk, 2e en 3e wtk, twee MO-3 en een MO-4, een sparks en twee leerlingen. En daar gingen we dan, Port Klang, Jakarta, Surabaya, Auckland, Mount Maunganui, Timaru, Napier, Bluff en weer terug. In Auckland bleek de kapitein een paar kennissen te hebben op de Nederlandse Ambassade en die kwamen aan boord. Onze head catering vroeg hen hoe hij aan chocolade letters kon komen vanwege Sinterklaas en kerstmis. Nu bleek er ergens een chocolade fabriek te zijn die was opgezet door een Nederlander. Met behulp van de ambassade werd het telefoon nummer van die man verkregen en die werd gebeld. Hij had net de hele zaak verkocht, maar hij had een heel goede verstandhouding met de nieuwe eigenaar en hij had de letter mallen nog bij hem op zolder liggen. En zo werd er voor gezorgd dat er nieuwe chocolade letters werden gegoten en die werden aan boord afgeleverd. Geweldig, zoiets! Gedurende de Nieuw Zeeland trip bleken de hydraulische cilinders van de BB gas deur inwendig lek te zijn, dus die deur ging niet meer hydraulisch open en dicht. We hebben hem kunnen openen met de grote Kalmar met een container op de vorken en zo hebben we hem omhoog gedrukt en met de pennen vast gezet. Die bleef dus gedurende de kustreis open staan en dat zou een klus worden voor Page & McCrea in Mount Maunganui. Daar kwamen we op oudejaarsdag aan en we zouden een reparatieploeg krijgen op 1 januari, 's morgens om 01.00. Ik heb op oudejaars avond één biertje gehad en het verder bij mineraalwater gelaten omdat ik om 01.00 wel de eerste zou zijn die aan het werk moest. De anderen hadden deze remming niet. Om 01.00 was de ploeg van Page & McCrea er en we gingen aan het werk, maar die cilinders zaten hoog en toen opeens kwam de hwtk tevoorschijn en ging meedenken. Nu was die man absoluut niet meer nuchter maar hij besloot dat de werklui op een container moesten werken. In het beneden ruim stond de grote Kalmar, nog met een lege container op de vorken. Maar de slangen waren los gekoppeld en er was olie op de ramp naar het onderruim gelekt en daar wilde de hwtk persé met de Kalmar tegen op. Hij glibberde alle kanten op en stond op een gegeven moment helemaal dwars en ik had het idee dat hij zo met de 40-tons Kalmar om kon donderen. Schreeuwen hielp niet want de hwtk wist toch zeker wel wat hij deed met zijn zatte kop. Het geluk is met de dommen, zullen we maar zeggen, want het is hem uiteindelijk gelukt om boven te komen met de Kalmar en daarna is hij gaan slapen, dus konden we rustig die twee cilinders naar beneden halen en die werden getransporteerd naar de werkplaats van P&M waar ze gerepareerd werden en later weer terug gebracht en geplaatst. Maar ik was maar wat blij dat die morgen geen ongelukken gebeurd zijn.

We vertrokken uit Mount Maunganui, we waren al van de kant en voeren naar de uitgang van de baai toen een gisse aanwezige op de brug zich afvroeg: Is Kay nog aan boord? Voor de weinigen die niet weten wie Kay is, dit is één van de dames die meevoeren als we paarden aan boord vervoerden. Dat was deze keer niet het geval, maar dan kwamen ze toch wel aan boord. Ze hadden hier hun eigen hut (min of meer) en de drank was goedkoper dan aan de wal. En daar ging het tenslotte ook om. Dus is men gaan kijken en inderdaad lag ze nog te snurken in die hut. We waren op weg naar de Far East, dus het was wel zaak om haar met de loodsboot terug naar de wal te sturen en dat is gelukt. Onze kapitein was daar niet blij mee dat het bijna mis was gegaan. In Nieuw Zeeland kregen we ook trein wagons aan boord. Die moesten naar Singapore. Dat moest een zeer luxe trein tussen Singapore en Bangkok worden, zeg maar een soort Oriënt Expres. Ze stonden op een Mafi en werden aan boord gereden. In Singapore reed één van onze MO-3's, met een Terberg met een Mafi er achter met een treinstel er op, door half Singapore om de wagons af te leveren waar ze moesten wezen. Dat heeft hij gedaan totdat hij met verlof ging. Vlak voordat hij van boord stapte zei hij tegen me: Second ik moest dit verlof mijn rijbewijs maar eens gaan halen. De knul was ook een heel goede wtk, dus ik stond er ook versteld van toen hij me vertelde dat hij eigenlijk van oorsprong een stuurmansopleiding had gehad. Ach, je bent nooit te oud om te leren, nietwaar?

Op één van de rondreizen dat we wel paarden aan boord hadden werd ik midden in de nacht gepord door de hwtk met de woorden: Kom op, joh, we moeten shit shovelen! Shit shovelen? Wat is dat nu weer. Het bleek dat Kim en Kay beloofd hadden dat ze bij pikheet 's morgens voor tosti's zouden zorgen als wij (de wtk's?) 's nachts de paardenpoep zouden opruimen. En daar bellen ze je dan midden in de nacht voor op. Misschien hoopte de hwtk voor nog iets meer, maar dat weet ik verder niet. Er was echter geen haar op mijn hoofd die er aan dacht om middenin de nacht paardenpoep op te gaan ruimen en dat heb ik de hwtk verteld ook. Die vond dat ik geen teamspirit had. Nou, dan maar niet! Ik was met de MO-4 aan het werk in de ductkeel om een lekkage te verhelpen aan een hydraulische afsluiter. We waren bijna gereed met het werk, maar er miste nog een M-6 boutje, dus ik vroeg de MO-er om er één te gaan halen, hij was tenslotte een stuk jonger dan ik. Dus de knul verdween. Ik heb een tijd zitten wachten en ben toen zelf maar de ductkeel uitgeklauterd en heb een M-6 boutje gehaald en de zaak in de ductkeel afgemaakt. Nergens die MO-er gezien. Toen ik boven kwam zat meneer al keurig in uniform, fris gewassen aan de bar. Het was vijf uur geweest en hij was maar afgetaaid. Nu probeer ik altijd om, als ik iemand even moet toespreken, dat één op één te doen. Dit keer niet. Ik ben ook maar een mens. Diezelfde MO-er had er ook een gewoonte van om, als hij aan dek werkte, voor ieder klein technisch mankement een wtk te roepen en dat was dus meestal iets aan het rollend materiaal. Op een oversteek, toen het zijn machinekamer beurt was, mocht hij de 3e wtk helpen met onderhoud aan het rollende materiaal met de woorden: heb hierna het lef eens om iemand te porren als er iets met het rollend materiaal is, want nu weet je er zelf alles van. Dat was voor mij wel een beetje lastig, want dat betekende dat ik de machinekamer alleen maar een leerling had. Er was nog een MO3, maar die had het beheer over de reefers en dat waren er nogal wat. Ik had hem al een paar maal gevraagd of alles goed ging met de reefers omdat ik van hem wilde weten als er problemen met reefers waren. Nee, alles liep prime. Wel, als alles zo goed loopt heeft die MO-er geen acht uur nodig om twee temperatuur rondjes te lopen en dan kon hij ook wel iets in de MK zelf doen. Dat vertelde ik hem. De man voelde zich beledigd. En aangezien hij uit dezelfde plaats kwam als de derde wtk en de hwtk en dat kennelijk een band schiep, vonden de 3e wtk en de hwtk dat ik mijn excuses aan moest bieden aan de MO-er, hetgeen ik ten enen male verdomde. Ik wilde er best over praten, maar excuses aanbieden voor iets waar ik volkomen voor in mijn recht stond? Never nooit niet!

Ik ben niet echt een gezelligheidsmens en ik heb een hekel aan spelletjes, dus toen ze het weer nodig vonden om een wedstrijd beschuit fluiten te organiseren deed ik niet mee. Trouwens er waren meer mensen die niet mee deden zodat de wedstrijd eigenlijk ging tussen de wtk's en de leerlingen en als finale werd het dan ook nog beschuit fluiten met de beschuiten rijkelijk besmeerd met pindakaas. Gelukkig werd de wedstrijd gehouden aan dek en dat was maar goed ook want de kledders pindakaas zaten tegen het schot. Voor zulke infantiele spelletjes ben ik eigenlijk niet in de wieg gelegd wat me natuurlijk wel werd verweten omdat ik geen teamplayer zou zijn. Ben je eigenlijk pas een teamplayer als je aan spelletjes meedoet waar een ander je min of meer toe probeert te dwingen? Ach mijn term zat er ook zo'n beetje op. er was al een nieuwe tweede wtk aan boord die nog een beetje ingewerkt moest worden op het gebied van het ramp gebeuren. Ik had een mooie, uitgebreide overdracht gemaakt en daarin geschreven dat je als tweede wtk op deze schepen de rampmeester was omdat je bij aankomst en vertrek altijd met het ding bezig was. De hwtk had ook een kopie van mijn overdracht gekregen en hij deed daarna een beetje vreemd. De nieuwe tweede wtk had al een paar maal toegezien hoe die ramp werd neergelaten en opgehaald. We lagen op vertrek in Port Klang om naar Singapore te varen waar ik met verlof zou gaan. Het was 's morgens vroeg, de hwtk was gepord, wel vijf maal zelfs, maar was zijn bed niet uit te krijgen. Hij had de avond ervoor kennelijk een feestje gehad. Het duurde zo lang dat de loods al van boord wilde lopen. Dat kreeg ik door van de kapitein. Dat moesten we niet hebben, dus ik liet mijn opvolger de ramp ophalen terwijl ik de kabels en winches in de gaten hield. De ramp was bijna binnen toen de hwtk ook nog eens kwam aankakken met een zeer slecht humeur. Hij zei dat er niet gerampd werd als hij er niet bij was. Dan had hij maar uit zijn bed moeten komen, nietwaar? En toen begon hij mij uit te schelden en te vertellen dat niet de tweede wtk rampmeester was, maar hij! Had hij zich daar nu aldoor zo druk om gemaakt? Alleen om een zinnetje in een overdracht? Kennelijk wel. In Singapore, op 29-02-1992 monsterde ik af in Singapore en zat de term er weer op.